6 vragen voor Christine Nagels, neus van Hermès

Leestijd: 3 minuten

Je merkt het aan alles: we hebben weer behoefte aan een nauwer contact met de aarde. Zelfs de wereld van de parfums ontsnapt er niet aan, want ook daarin spelen de grondstoffen en natuurelementen weer hoe langer hoe meer een centrale rol. Toch draait de creatie van een geur niet zozeer om het imiteren van de natuur, maar eerder om een interpretatie, een persoonlijke en emotionele vertaling ervan, vindt Christine Nagel, de nieuwe Zwitserse parfumontwerpster van Hermès, die de bekende geurakkoorden overboord gooit en onze geurverwachtingen op zijn kop zet.

Door Isabelle Blandiaux

In je nieuwe parfum, Galop d’Hermès, werk je met de tegenstelling tussen rozen en leer. Wat vind je zo inspirerend aan contrasten?

Christine Nagel: ‘Het concept van contrasten is niet nieuw. In de natuur zie je heel sterke tegenstellingen en die bieden eindeloos veel inspiratie. Neem bijvoorbeeld de dualiteit van rabarber die zich spiegelt in zijn kleuren rood en groen, in zijn geuren zoet en scherp, in zijn texturen zacht en weerbarstig. Die contrasten vind je ook terug in L’Eau de Rhubarbe Écarlate. Ik hou van contrasten omdat ze een geur ritme geven en voor interessante breuklijnen zorgen.’

Hoe ben je te werk gegaan om het dierlijke leer te koppelen aan het bloemige rozenaroma?

CN: ‘Leer wordt meestal geassocieerd met eigenschappen als mannelijk en ruw, maar ik wou de leergeur net heel soepel en vrouwelijk maken. Aan de andere kant wou ik de rozen kracht laten uitstralen en niet de zachtheid die we er gewoonlijk mee associëren. Technisch gezien was het een hele heksentoer om ervoor te zorgen dat het leer de bloemengeur niet zou overheersen, dat er een mooie dans zou ontstaan waarbij de twee aroma’s om beurten zouden openbloeien. Ik hou ervan materie te transformeren. Het is bijna alchemie. Ooit maak ik vloeibaar hout. Ik werk ook graag met uitvergrotingen. Mocht je de handen meten van de sculpturen die Rodin maakte dan zou je merken dat ze in disproportie zijn met de rest van het lichaam. Dat is een bewuste overdrijving. Wanneer je de handen of voeten groter maakt benadruk je het natuurlijke. Het beeld lijkt levendiger. Hetzelfde zie je in de parfumwereld. Als je de klemtoon legt op één element krijg je een sterker gevoel van beweging, van dynamiek. Ik voeg ook graag een poëtische toets toe. Gewoon een infusie van leer toevoegen zou een te letterlijke interpretatie zijn geweest.’

In de parfumwereld bestaan nog veel clichés. Wou je vrouwelijkheid vanuit een nieuw gezichtspunt belichten?

CN:Galop symboliseert voor mij een vrijmoedige, onafhankelijke, zelfverzekerde vorm van vrouwelijkheid. Het parfum is bedoeld voor vrouwen die de teugels van hun leven strak in handen hebben. Veel vrouwen zitten vandaag ook stevig in het zadel. Ik benadruk graag de sensualiteit van een soepele en tegelijk sterke vrouwelijkheid. Toen ik een bezoek bracht aan de kelders van Hermès, een geheime, beschermde plek, heb ik honderden stukken leer aangeraakt. Een ervan trok mijn aandacht: een lapje Doblis-leer. Ik voelde meteen dat dit materiaal vrouwelijk was terwijl leer in de parfumwereld meestal als mannelijk wordt beschouwd.’

Met zijn collectie Hermessence was Hermès een van de eersten om terug te keren naar de grondstoffen in de parfums. Hoe komt dat?

CN: ‘Heel wat andere merken zijn ook in die richting gegaan en hebben collecties uitgebracht waarbij ze heel andere geuren durven aan te bieden voor een gesegmenteerde markt. Die aanpak heeft zijn beperkingen want uiteindelijk moet je wel producten voor een breed publiek produceren. Hermès is die kant uitgegaan omdat materie tot zijn corebusiness behoort. De vakmannen praten met hun handen, hun tastzin, hun materialen.’

Wat zijn jouw favoriete materialen?

CN: ‘Er zijn geen materialen waar ik niet graag mee werk. Ik vind het fijn om me de grondstoffen eigen te maken, ze te bewerken, te kneden tot ik ermee kan doen wat ik wil en ze van eigenheid veranderen. Ik hou zowel van natuurlijke grondstoffen als van synthetische. Een beetje zoals een modeontwerper. Die gebruikt ook niet alleen maar wilde zijde of linnen maar voegt er soms wat kunstvezels aan toe om andere texturen en volumes te krijgen.’

Welke geuren hebben je kindertijd gekleurd?

CN: ‘Omdat mijn neus zich altijd in staat van paraatheid bevindt ontdek ik al heel mijn leven lang mooie dingen. Mijn eerste moment van olfactief plezier herinner ik me nog goed, ook al moet ik daarvoor een heel eind terug in het verleden. Ik heb een broertje dat tien jaar jonger is dan ik. Toen hij geboren werd verzorgde mijn mama — van Italiaanse afkomst — hem met talkpoeder dat naar heliotropen ruikt: Borotalco. Ik hou zo van die geur dat ik er altijd een flacon van heb staan op mijn bureau. Als een soort knuffelbeest.’

life-magazine-chrsitine-nagel


Artikel gepubliceerd in Psychologies


© Fiftyandme 2024