Ons werk, onze gezondheid

Leestijd: 4 minuten

Ze zijn veertig – of ouder. De kinderen zijn ondertussen een stuk autonomer en zijzelf willen opnieuw aan het werk. Op persoonlijk vlak, maar ook maatschappelijk gezien, blijkt het quasi een must.

Jean Blavier

De tijden liggen een eind achter ons dat de grote liefhebber van de siësta, Henri Salvador, zong dat werken gezond was maar nietsdoen de beste garantie is om gezond te blijven. Vandaag zou hij er niet meer mee wegkomen. Gediplomeerde dames die zich gedurende jaren hebben ingezet voor de opvoeding van hun kinderen zouden spontaan wegzappen wanneer zijn ‘le travail c’est la santé, rien faire c’est la conserver’ over de autoradio zou weerklinken.

Ons werk, onze gezondheid ?

Ja, punt aan de lijn. Nietsdoen is fout, op het persoonlijke vlak deprimerend en maatschappelijk gezien onverantwoord. Een job is een sterke hefboom voor sociale integratie en waardering voor de inspanningen die ooit werden geleverd om een diploma te behalen. De welvaart die onze grootouders en ook onze ouders geduldig hebben opgebouwd en doorgegeven, wordt nu bedreigd door het hoge aantal non-actieve vijftigplussers. In ons land is slechts één op de drie vijftigplussers aan het werk. Een van de manieren om de overige twee aan het werk te krijgen, zou kunnen zijn dat vrouwen die na hun veertigste de draad terug wensen op te nemen, m.a.w. wanneer hun kinderen al wat (meer) autonomie hebben, vlotter de rangen van de actieven vervoegen.

life-magazine

Er gaan stemmen op – jammergenoeg steeds dezelfde – die een dergelijke redenering afkeuren: neen, werken is geen prioriteit; er is immers ook iets anders in het leven dan geld verdienen. Die twee argumenten houden geen steek meer. Het werk is uiteraard niet de prioriteit. Het mooiste bewijs is ongetwijfeld het loutere feit dat heel wat vrouwen hun job laten voor wat hij is – ook al is dat dan slechts gedeeltelijk – om zich (meer) met hun kroost bezig te houden. Er is nog iets anders in het leven dan geld verdienen? Zonder enige twijfel! Neem nu bij voorbeeld de persoonlijke ontwikkeling en de sociale integratie via een job. Vraag het maar aan professionals human resources: zij zullen antwoorden dat statistisch gezien het loon niet de belangrijkste motivatie is voor dames die werken, en a fortiori ook van hen die opnieuw de arbeidsmarkt willen betreden na een carrièrestop.

Er is dus nog iets anders

En dat andere iets, verduidelijkt Cécile, advocate, “is het feit te kunnen beantwoorden aan die diepe verzuchting die ik altijd heb gevoeld, gedurende de twintig jaar dat ik mijn carrière heb onderbroken om mijn vier kinderen op te voeden. Mijn rechtendiploma, al de energie om het te bereiken aan de universiteit en daarna, de eerste jaren van mijn carrière: ik heb dat altijd beschouwd als een investering voor later.” Psychologisch gezien, ziet Cécile zichzelf evengoed als moeder van een gezin dan als advocate: “Op dat vlak heb ik geluk. Mijn man is ingenieur en voor hem staat zijn vaderschap op hetzelfde niveau als het feit dat hij baas is van een KMO.”

Anne is economist. Ze koos een job in de banksector. Een deeltijdse job was uitgesloten – haar superieuren waren tegen – en dus besloot ze de boekhouding van een vzw voor haar rekening te nemen, en daarna van een tweede, een derde, zodat ze uiteindelijk toch bij een derde van een voltijdse betrekking kwam. Vijftien jaar later – haar jongste is net gestart met het eerste jaar humaniora – overwoog Anne om opnieuw te solliciteren in de sector die haar voorkeur geniet. Maar helaas, dat kan ze wel vergeten: “Alles is veranderd in die vijftien jaar. En bovendien verkeert de sector in niet al te beste doen. Ik heb gesolliciteerd en een personeelsdirecteur zei me woordelijk: ik ga hier niet rond de pot draaien, u bent veertig. Ik mag niemand van veertig aanwerven, tenzij heel uitzonderlijk. Vindt u dat u over uitzonderlijke competenties beschikt?” Natuurlijk heb ik neen geantwoord. Catastrofe? Helemaal niet. Nadat ze even was bekomen van de schok, besloot Anne om zich te vestigen als zelfstandige. De kennis die ze had verworven rond boekhoudingen van vzw’s heeft haar toegang gegeven tot een praktijk in ruil voor een engagement om een gespecialiseerde opleiding te volgen. Waarvan akte. De moraal van het verhaal? “Niet te hard vasthouden aan vroegere ambities. Ik ben die personeelsdirecteur dankbaar omdat hij me heeft gezegd dat ik in zijn ogen niets bijzonders te bieden had. Ik dacht er gewoonweg niet aan dat ik elders een uitzonderlijke kennis had, namelijk de boekhouding van vzw’s. En nu ik zelfstandige ben, kan ik me veel beter organiseren dan wanneer ik in het hoofdkwartier van een bank zou werken.”

life-Magazine

Beide voorbeelden tonen aan dat alles op zijn pootjes kan vallen. Ook al weten we dat het niet altijd perfect verloopt. Problemen, ontgoochelingen en soms ook mislukkingen zijn niet uit de lucht. Het is hoe dan ook belangrijk dat vrouwen die de draad opnieuw wensen op te nemen gesteund worden door hun omgeving. Want, dipoloma of niet, het vraagt heel wat moed om na verscheidene jaren opnieuw zijn weg te vinden op de arbeidsmarkt.



© Fiftyandme 2024