Bescherm de toekomst van een zorgenkind met een creatieve successieplanning

Leestijd: 4 minuten

De problematiek van een zorgenkind – mentaal, verstandelijk, spilziek of gewoonweg onvolwassen – dwingt de ouders die hun patrimonium willen overlaten tot een aantal overwegingen.

Door  Valérie-Anne de Brauwere

De ouders voelen zich geroepen om hun kind te beschermen en diens financiële toekomst te verzekeren, maar dat vraagt om een goed beheer en om de correcte toepassing van de activa waarover het zal beschikken. Tevens wensen zij dat deze activa naar de familie terugkeren indien het kind geen nakomelingen heeft. Om uw successie te plannen en uw zorgenkind de optimale bescherming te bieden, kunnen verschillende oplossingen worden uitgewerkt.

1. OPRICHTING VAN EEN BURGERLIJKE MAATSCHAP

Een burgerlijke maatschap is een vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid waarbij de vennoten sommige van hun activa inbrengen en zij het beheer toevertrouwen aan de beheerder die door de statuten wordt aangeduid.

De oprichting van een dergelijke vennootschap laat toe om het beheer van het patrimonium te scheiden van zijn economische eigendom: de ouders geven de delen van de burgerlijke maatschap aan het zorgenkind (en aan de andere kinderen) en vertrouwen het beheer toe aan personen die daar de kwaliteiten voor hebben. Over het algemeen zijn de beheerders de ouders zelf en na hun dood zijn dit vertrouwenspersonen (broers en zusters, vrienden, professionals) die het familiebezit zullen beheren ten voordele (vooral) van het zorgenkind. Zij zullen hierdoor regelmatige inkomsten kunnen toekennen aan het kind teneinde zijn leven lang in zijn behoeften te kunnen voorzien.

De afwezigheid van de rechtspersoonlijkheid impliceert de fiscale transparantie van de vennootschap. Vandaar dat een burgerlijke maatschap geen belastingen betaalt. De vennoten zijn belastbaar zoals ze dit zijn vòòr de oprichting (bijvoorbeeld door het afhouden van de roerende voorheffing door de bank op de financiële bezittingen).

De burgerlijke maatschap kan op die manier helpen om een goed beheer te verzekeren, alsook de overdracht van een aandelenportefeuille, een kunstcollectie of bedrijfsaandelen over de generaties heen.

2. OPRICHTING VAN EEN PRIVATE STICHTING

Om beheerproblemen na de dood van de ouders te voorkomen, kunnen zij eveneens hun toevlucht nemen tot de oprichting van een private stichting waarin zij een deel van hun patrimonium onderbrengen dat bestemd is voor het zorgenkind.

Het zijn de ouders die beslissen wie verantwoordelijk zal zijn voor het beheer van het patrimonium. Het betreft doorgaans vertrouwenspersonen die dicht bij het kind staan: in eerste instantie de ouders zelf, daarna de broers of zusters van het zorgenkind, een andere ouder of een vriend. Op die manier worden ook zoveel mogelijk de juridische beschermmaatregelen vermeden, zoals een interim-bestuur.
Trouwens: iedereen die een stichting opricht, moet weten dat hij definitief afstand doet van het patrimonium dat hij eraan toekent. Zodra de stichting wordt opgericht, verlaten de patrimoniale elementen die voor de stichting bestemd zijn definitief het patrimonium van de stichter en worden zij exclusief aangewend voor de realisatie van het onbaatzuchtig doel dat werd gekozen.

Verder dient aangestipt dat de stichting geen enkel materieel gewin mag opleveren voor zijn stichters, beheerders noch voor om het even welke andere persoon. Niettemin blijft de privéstichting een gepaste juridische vorm opdat het kind na de dood van zijn ouders van de gepaste zorgen zou kunnen blijven genieten.

3. STICHTING VAN OPENBAAR NUT

Een andere oplossing kan er in bestaan om een deel van het patrimonium onder te brengen in een Stichting die zich bekommert om personen in moeilijkheden, zoals de Fondation Vestalia of de Koning Boudewijnstichting.

In tegenstelling tot de privéstichting, die voornamelijk op het behoud van een patrimonium binnen de familie is gericht, wordt een stichting van openbaar nut als dusdanig erkend ‘wanneer zij een vermogen wil bestemmen voor een doel met een filantropisch, filosofisch, godsdienstig, wetenschappelijk, kunstzinnig, pedagogisch of cultureel karakter’.

Het betreft onafhankelijke organisaties zonder winstgevend doel die, vanuit een belangeloos oogpunt, ijveren voor het algemeen welzijn, maar geen leden noch vennoten hebben.

Omdat de stichting een belangeloos doel nastreeft dat in de algemene interessesfeer ligt, zal zij zich na de dood van de ouders over het zorgenkind ontfermen. Het eventuele saldo kan later worden aangewend voor andere personen in moeilijkheden.

4. LEVENSVERZEKERING

life-magazineHet is ook mogelijk om een levensverzekering af te sluiten waardoor de verzekeringsmaatschappij een maandelijkse rente uitkeert aan het zorgenkind. Dankzij sommige clausules en modaliteiten die in het verzekeringscontract zijn opgenomen, kan de begunstigde (het zorgenkind) op een progressieve en graduele manier – of onder de vorm van een rente – over het volledig roerend patrimonium beschikken of over een gedeelte daarvan. De levensverzekering biedt de zekerheid dat het kind voldoende geld zal hebben tot aan het einde van zijn leven. Afrondend kunnen we stellen dat er verschillende oplossingen bestaan waarmee u de toekomst van uw zorgenkind na uw dood kunt verzekeren. Aan u om te gelegener tijd de nodige stappen te zetten om de materiële en financiële bescherming te bepalen waardoor uw kind in zijn noodwendigheden kan voorzien.

In die optiek is het belangrijk om uw patrimonium op een doordachte manier te organiseren en het evenwicht te vrijwaren voor uw erfgenamen, waarbij uw zorgenkind.

Tot slot

Diverse technieken reiken elementen aan voor het gepaste antwoord. De oprichting van een burgerlijke maatschap, een privéstichting, een stichting van openbaar nut en een levensverzekering zijn denkpistes die elk hun eigen voordelen hebben. De keuze hangt af van uw persoonlijke situatie, die van uw kind en van uw plannen.


© Fiftyandme 2024