LUXUEUS REIZEN, EEN BEETJE AVONTUURLIJK MAAR ZONDER AAN COMFORT IN TE BOETEN. ZEILEN DOORHEEN DE KAAPVERDISCHE EILANDEN IN UITERST AANGENAME OMSTANDIGHEDEN… WELKOM AAN BOORD VAN DE PONANT VOOR EEN VERKENNING VAN HET SCHIP EN CABO VERDE.

Tekst Marleen Duerinckx  – Foto’s Ponant & André Gumuchdjian

Een cruise met de luxe zeilboot Ponant staat al een hele tijd op ons verlanglijstje en eindelijk is het zover… De Franse maatschappij, in 1988 opgericht door Jean-Emmanuel Sauvée, telt heden vijf schepen. Vier motorjachten: de Boréal, de Austral, de Soléal (met telkens 132 hutten & suites), het recentste schip de Lyrial (122 hutten & suites) en het zeilschip de Ponant (32 hutten). Alle jachten – die samen de ganse wereld ‘coveren’ qua bestemmingen – kunnen aanleggen in pittoreske havens die uitsluitend toegankelijk zijn voor kleinere schepen. Wat comfort betreft zijn de motorjachten het neusje van de zalm, maar wij opteren voor een zeilavontuur. Let wel, de luxe en het comfort van de Ponant overtreffen alle verwachtingen: een stijlvol interieur, een succulente keuken, boeiende excursies en een uiterst sympathieke service aan boord.

Op verkenning in Kaapverdië

Het was even zoeken om een geschikte en vrije periode te vinden, want omwille van het beperkte aantal hutten zijn tal van bestemmingen snel volgeboekt. Tijdens de zomermaanden zeilt de Ponant in Europese wateren en ’s winters vaart hij in de Cariben. Tijdens de overtocht in november doet hij de Kaapverdische eilanden aan. Er blijken nog enkele hutten vrij te zijn en Cabo Verde – de officiële naam – willen we best wel ontdekken.

De Republiek Kaapverdië – het land is sinds 1975 onafhankelijk van Portugal – is onderverdeeld in twee eilandengroepen: Barlavento in het noorden en Sotavento in het zuiden. In totaal zijn tien eilanden bewoond. De hotelinfrastructuur op de kleinere eilanden blijkt nihil te zijn, dus een luxe zeilschip is ideaal om Cabo Verde in stijl te bezoeken.

We vliegen vanuit Brussel naar (de hoofdstad) Praia met een tussenstop in Lissabon. Op de luchthaven is een voltallig team van de Ponant aanwezig en het aangepaste onthaal gaat daar al van start. Na een kwartiertje rijden, komen we in de haven aan en zien we de driemaster aangemeerd liggen. Een mooi spektakel. De equipage verwelkomt ons met een glaasje champagne en de toon is meteen gezet… Terwijl wij indommelen, brengen kapitein Michaël Debien en zijn bemanning ons ’s nachts naar Maio, het meest oostelijke eiland van de Sotavento of de benedenwindse eilanden.

Rustig eiland, woelige zee

Zondag… onze eerste dag aan boord. Na de veiligheidsbriefing en lunch is het tijd voor een verkenning van Maio. De Portugese handelsreizigers Diogo Gomes en Antônio de Noli ontdekten het eiland op 1 mei 1460. Later zullen we vernemen dat de meeste eilanden de naam dragen die refereert naar het moment van hun ontdekking. Aanvankelijk graasden koeien en geiten op het eiland, maar in de 17e eeuw startte er de handel in zout. Er waren twee grote zoutpannen. De havenstad Porto Inglés dankt zijn naam aan het feit dat tal van Engelse boten aanmeerden om zich met zout te bevoorraden. Heden kunt u op dit eiland fraaie wandelingen maken en genieten op de zandstranden waar u schildpadden en schelpdieren kunt spotten. Ons bezoek aan Maio zit er ondertussen op; het is vooravond en tijd om terug aan boord van de Ponant te gaan want de kapitein verwacht de gasten voor een aperitief en welkomstwoord, gevolgd door het “Captains Diner”. De tweede kapitein Jean-David Lemaire loodst ons ondertussen naar de noordelijke of bovenwindse eilanden. De ietwat woelige zee zorgt ervoor dat niet iedereen aan tafel komt en geleidelijk aan lopen de tafels leeg. Wij houden stand. De Ponant is nu eenmaal een zeilschip en dat kunt u maar beter weten voordat u inscheept…

Noordelijke eilanden

Maandag… ’s Ochtends ankeren we in het zuidwesten van het eiland São Nicolau, dat met z’n oppervlakte van 346 km² een enorme verscheidenheid biedt qua vegetatie, mede door de hoogste berg op het eiland, de Monte Gordo (1312 m). We vertrekken vanuit de havenstad Tarrafal richting Ribeira Brava. Deze stad, gelegen tussen twee bergketens, heeft een pittoresk plein met kleurrijke gebouwen zoals de kerk, de bibliotheek… Julio, onze gids gedurende de ganse reis, vertelt ons dat dit eiland in 1461 ontdekt werd op 6 december en daarom de naam São Nicolau draagt, refererend naar de patroonheilige van de dag van de ontdekking. In 1866 was de stad, met de oprichting van een seminarie, de bakermat van het katholicisme dat van hieruit zijn invloed had op gans Kaapverdië en het oosten van Afrika.