oervrouw

Herontdek je oervrouw: een andere maatschappij

Leestijd: 4 minuten

In onze door mannen gedomineerde maatschappij verliezen we makkelijk het contact met de oervrouw in onszelf. In een reeks artikels zoomen we in op wat het betekent om vandaag vrouw te zijn. Deel 3: hoe zou een vrouwelijkere maatschappij eruit zien?

Tekst Anne Wislez

Tijd voor een inhaalmanoeuvre

Ook binnen het feminisme gaan hier en daar stemmen op om vrouwelijkheid weer een rol te laten spelen in het discours. ‘Simone de Beauvoir zei dat je niet als vrouw wordt geboren, maar tot vrouw wordt gemaakt’, zegt Griet Vandermassenlosofe en genderspecialiste, die dat thema bestudeerde in het kader van wijsgerige antropologie. ‘De Beauvoir ging ervan uit dat verschillen tussen mannen en vrouwen sociale constructies zijn en dat vrouwen hetzelfde kunnen doen als mannen. Zij wilde vrouwen de mogelijkheid geven om hun leven op een meer “mannelijke” manier in te vullen. Op die gedachte heeft het feminisme verder geborduurd en dat heeft goede en belangrijke dingen teweeggebracht.’

En toch heeft dat gelijkheidsfeminisme volgens haar niet het laatste woord. ‘De jaren 50 liggen alweer een poos achter ons en de wetenschappelijke inzichten uit zoveel verschillende disciplines tonen aan dat het niet zo simpel is als de Beauvoir wel dacht. Er is samen met dat gedachtegoed namelijk een groot wantrouwen ontstaan tegenover wat biologische wetenschappen ons vertellen over natuurlijke verschillen tussen vrouwen en mannen, waardoor een aantal feministische verklaringen van maatschappelijke ongelijkheid tussen mannen en vrouwen me te kortzichtig lijken en ons daarom ook niet verder helpen.’

Je kan er bijvoorbeeld alles voor doen om vrouwen in leidende posities te krijgen en dan je hoofd breken waarom ze er uiteindelijk niet belanden. De vraag die dan bijvoorbeeld gesteld mag worden is of alle vrouwen wel staan te springen om aan de top te staan van op mannelijke leest geschoeide organisaties. ‘We gaan er nog sterk van uit dat als vrouwen andere keuzes maken dan mannen, dat komt omdat ze nog altijd gediscrimineerd worden en gesocialiseerd om terughoudender te zijn, om minder competitief of voorzichtiger te zijn. Dat is gedeeltelijk zo, en dat heeft in de maatschappij zoals hij nu gestructureerd is ook economische gevolgen voor de vrouw, die aangepakt moeten worden’, erkent Vandermassen. ‘Maar als je meer evolutionair geïnformeerd ben, dan ga je het feit dat vrouwen niet zomaar alles doen wat mannen doen, niet per se als een probleem zien. Je gaat het anders kaderen. Je beseft dat vrouwen dikwijls andere keuzes maken omdat ze vaak ook effectief andere prioriteiten hebben dan mannen. Keuzes die even waardevol zijn. Alleen kunnen vrouwen hun eigen belangen nog altijd onvoldoende doordrukken in de bestaande maatschappelijke structuren. Als vrouwen alles moeten doen wat mannen doen, worden vrouwen opnieuw in een keurslijf gedwongen en krijg je een dwingend en beperkend feminisme. Terwijl het er net om zou moeten draaien dat vrouwen – en mannen ook, overigens – alle kansen en mogelijkheden krijgen om het leven te leiden dat ze echt willen.’

Een nieuwe, vrouwelijkere maatschappij

Vandermassen pleit dan ook voor een wetenschappelijk geïnformeerd feminisme, dat alle taboes en dogma’s uitsluit. Onderzoeksresultaten uit uiteenlopende disciplines als de evolutiebiologie, hersenonderzoek, genetica, cognitieve psychologie, antropologie en endocrinologie, zelfs studies naar de hormonale invloeden op het ongeboren kind, geven aan dat we als man en vrouw een stuk geprogrammeerd zijn om psychologisch en seksueel anders te functioneren. Androgenen en oestrogenen spelen nu eenmaal hun rol in de menselijke soort. Mensen met een vermannelijkt of vervrouwelijkt brein (of het nu mannen of vrouwen zijn) hebben de neiging om zich meer mannelijk of vrouwelijk gedrag aan te meten. En dat krijg je er met wetten of maatschappelijke ideologieën niet zomaar uit. Vraag is of dat dan zo per se moet. Willen we niet eerder een maatschappelijke structuur uitbouwen die zoveel mogelijk recht doet aan iedereen? En die zowel mannelijke als vrouwelijke eigenschappen en waarden integreert in een totaalbeeld, zodat je ruimte kan bieden aan kracht én kwetsbaarheid, aan ratio én emotie, aan technologie én zorg, aan economie én ecologie, aan wetenschap én spiritualiteit, aan cultuur én natuur, aan vooruitgang én behoud …

Zonder dat wie kiest voor de meer ‘feminiene’ aspecten financieel moet inboeten en dus in feite minder bestaansrecht heeft? Zouden vrouwen de masculiene eigenschappen waar ze voor opgekomen zijn (zoals deelname aan het publieke leven en het verwerven van machtsposities, maar ook daadkracht en assertiviteit) niet stilaan kunnen aanwenden om ook typisch feminiene waarden structureel een plaats te geven in onze maatschappij?

De opkomst van de vrouw

Vraag is wat dat dan teweeg zou brengen. Wat vrouwen kunnen bijdragen aan een samenleving en wat het betekent als hun bijdrage ontbreekt, is een vraagstuk dat vrouwen zelf zullen moeten onderzoeken.

Onderzoek naar matrifocale samenlevingen, culturen waar bijvoorbeeld eigendomsrechten doorgegeven worden van moeder op dochter, geeft ook aan dat die culturen gekenmerkt worden door eigenschappen als gelijkwaardigheid der seksen (de vrouw domineert in die culturen dus niet, ook al heeft de clanmoeder de belangrijkste functie), een stevige plaatselijke economie, een nauwe verbinding met de natuur, een vrije seksualiteit en de benadrukking van het sacrale van het leven.

Er vallen lessen te leren uit dat soort van samenlevingsvormen die oplossingen zouden kunnen bieden voor vraagstukken waar we nu mee zitten. ‘Wereldwijd is verbondenheid het kernwoord van matriarchale culturen’, zegt ook de Annine van der Meer, historicus, theoloog en auteur van onder andere ‘Van Venus tot Madonna’ en ‘The Language of Ma’, in haar pleidooi voor een ‘derde feministische golf’.

Wanneer vrouwen hun invloed publiekelijk laten gelden, krijg je eerder samenwerking dan concurrentie of oppositie, krijg je eerder gelijkwaardigheid dan macht en onderwerping, meer aandacht voor het onderhouden van relaties dan voor het voeren van oorlog. Er heerst ook het besef dat elke kleine schakel deel uitmaakt van een groter geheel. Vrouwelijke samenlevingen hebben meer oog voor de inwendige wereld, de eigen innerlijke kennis, de lichaamswijsheid.

Volgens van der Meer wordt de volgende feministische golf in het Westen dan ook gekenmerkt door het ijveren door vrouwen voor de bevrijding van de psyche, voor herwaardering van innerlijke wijsheid en de verbinding tussen lichaam, ziel en geest. ‘De derde golf heeft te maken met de introductie van wijsheid en spiritualiteit in het leven van alledag en in de wereld’, vat ze samen.


Artikel gepubliceerd in Psychologies 


© Fiftyandme 2024